Extra info
"Wacht niet af. Verdeel een groots plan
in kleine stappen en zet de eerste stap nu." - Indira Ganhdi
"Het vermijden van het conflict staat de oplossing in de weg
en draagt het verlies in zich."
en draagt het verlies in zich."
6 tips om burn-out te voorkomen
1 - plan, op voorhand, regelmatige ontspanningen in jou agenda en laat op geregelde tijdstippen je werk los
2 - doe één taak tegelijk, zorg voor afwisselende taken, vergeet multitasking
3 - werk in blokken van maximum 30 minuten met 5 minuten ontspanning
4 - als je een extra opdracht krijgt, schat de werklast in en bespreek werklast met je opdrachtgever
5 - je moet niet op alle vragen ja zeggen, leer tijdig neen te zeggen (te beginnen op kleine vragen neen te zeggen en zo opbouwen)
6 - indien alle bovenstaande tips niet werken, verander van functie, werkgever of neem een coach onder de arm
Link met mijn 'vind-een-coach.be' : https://www.vind-een-coach.be/coach/personal-coach-lucas-de-vocht-de-pinte.html
video over depressie: http://www.mynd.nu/man-kreeg-een-burn-out/
Burn-out lijkt de ziekte van onze tijd te zijn. De toenemende druk op de werkvloer eist duidelijk zijn tol van heel wat werknemers. Na een langdurig ziekteverlof is het niet altijd eenvoudig om het werk terug op te pakken. De zeven tips hieronder kunnen helpen om een vlotte overgang mogelijk te maken.
1. Laat je professioneel begeleiden
Deze tip spreekt eigenlijk voor zich. Intussen is het wel al bij iedereen doorgedrongen dat je een burn-out niet alleen kan overwinnen. Een coach of psycholoog is hierbij je compagnon de route. Lucas De Vocht, burn-outcoach en conflictbemiddelaar: “Zo’n coaching bestaat uit drie fases: de fysieke heropbouw, de mentale heropbouw en nadien de voorbereiding van de terugkeer naar de werkvloer. Een essentiële vraag is of de persoon in kwestie klaar is om terug te keren naar de oude job, of zich eerder wil focussen op het vinden van een nieuwe job. We kijken naar zijn of haar talenten en gaan na met welke job die matchen.”
Ongeveer 50% van mensen met een burn-out verkiest een nieuwe job. Je periode thuis kan dan een mooi moment zijn om te reflecteren over waar je eigenlijk naartoe wil.
2. Los conflicten op voor je terugkeer
In geval van terugkeer naar de oude job moet dit grondig voorbereid worden. Ga samen met je werkgever en eventueel een bemiddelaar na wat nog besproken en uitgeklaard kan worden. Lucas De Vocht: “Het is belangrijk om afspraken te maken over die eerste werkdag of die eerste periode. Ook de werkgever moet natuurlijk ten volle willen dat die persoon terugkeert en bereid zijn samen te zoeken naar een nieuw evenwicht, naar een nieuwe inzet of een nieuwe vorm van functioneren.”
De wet voorziet intussen in een formeel re-integratietraject. Dat traject wordt begeleid door de bedrijfsarts. Het is daarbij de taak van de werkgever om een plan op te stellen dat ervoor zorgt dat de persoon in kwestie de functie zal aankunnen. De bedrijfsarts zal daarvoor oordelen: kan de persoon de oude job nog aan of moet er een andere oplossing gezocht worden?
3. Bouw langzaam op
Na een lange periode van rust en focussen op jezelf kan het heel confronterend zijn om terug op de werkvloer te verschijnen. Het is dan ook een goed idee om langzaam je werktijd op te bouwen. Dat is maatwerk en moet natuurlijk ook kunnen binnen de werking van het bedrijf.
4. Communiceer duidelijk naar je collega’s
Communiceer heel duidelijk naar je collega’s waarom je afwezig was en hoe je jouw toekomst in het bedrijf ziet. Dat kan je zelf doen, of je kan het overlaten aan je leidinggevende.
Lucas De Vocht: “Mensen die gevoelig zijn voor burn-out zijn vaak personen die moeilijk nee kunnen zeggen, of people pleasers, of de bezige bij in een team … of een mengeling van die karaktertrekken. Elk van die aspecten kunnen ze nochtans veranderen. Daar wordt vooral tijdens het laatste deel van de coaching op ingezet.
Blijf ook duidelijk communiceren als je terug aan het werk bent. Beantwoord een opdracht van een collega of chef bijvoorbeeld met: ‘Oké, ik wil wel doen wat je me vraagt. Welke van mijn andere taken is dan minder prioritair?’”
5. Negeer alarmsignalen niet
Hoe reageer je als bepaalde signalen, zoals kortademigheid of oververmoeidheid, zich opnieuw voordoen? Lucas De Vocht: “Je moet je ervan bewust zijn dat die zullen terugkomen, aangezien je in dezelfde of een gelijkaardige situatie terechtkomt. Een efficiënte manier om dan rustig te worden, zijn ademhalingsoefeningen, bijvoorbeeld hart-coherentie-oefeningen, of meditatie. Dat wordt aangeleerd en geoefend tijdens de coaching.”
6. Vergeet je thuissituatie niet
De thuissituatie mag zeker niet vergeten worden. Lucas De Vocht: “Een burn-out is theoretisch werkgerelateerd, maar de situatie thuis is uiteraard een dragende en bepalende factor in het gebeuren. Er is niet altijd begrip van de partner of kinderen als de persoon met een burn-out thuis is maar niets doet. Of omgekeerd, als hij of zij wél iets doet, een tripje bijvoorbeeld of een hobby uitoefenen.”
Het is dus essentieel om thuis open te spreken over wat er gaande is. Ga je terug werken, communiceer dan duidelijk naar je partner of gezin toe wat jou helpt om de druk aan te kunnen of wat jou energie geeft.
7. Laat je blijvend opvolgen
Nazorg is heel belangrijk. Blijf nadat je terug aan het werk ging nog enkele weken of maanden afspraken maken met je coach of psycholoog. Vaak gaat het in het begin heel goed, maar eens de routine terugkomt, kunnen er opnieuw problemen ontstaan.
Bron: vacature.com. Tekst: Charlotte Fouquet. Publicatiedatum: augustus 2019.
10 tips om conflicten op te lossen
Hoe kun je uw conflict het best aanpakken? Bemiddelend?
Hier een 10-aantal tips:
Hier een 10-aantal tips:
1 – Ga een conflict niet uit de weg
Zie de feiten onder ogen als je merkt dat er onderlinge spanningen zijn tussen collega’s. Ga er niet vanuit dat deze vanzelf zal verdwijnen. Een onopgelost conflict zal blijven sluimeren om als een boemerang terug te komen en met snelheid.
Zie de feiten onder ogen als je merkt dat er onderlinge spanningen zijn tussen collega’s. Ga er niet vanuit dat deze vanzelf zal verdwijnen. Een onopgelost conflict zal blijven sluimeren om als een boemerang terug te komen en met snelheid.
2 – Breng in kaart wie last heeft van het conflict
Niet alleen de twee partijen zijn degenen die last van hebben van hun conflict; het hele team/organisatie zal last hebben van de stress die het oplevert. Handel snel om een escalatie te ontmijnen.
Niet alleen de twee partijen zijn degenen die last van hebben van hun conflict; het hele team/organisatie zal last hebben van de stress die het oplevert. Handel snel om een escalatie te ontmijnen.
3 – Luister naar elk partij afzonderlijk
Zoekend naar de feiten en de waarden die geschenden zijn bij de partijen.
Zoekend naar de feiten en de waarden die geschenden zijn bij de partijen.
4 – Zorg voor de juiste omgeving om de patrijen samen te zetten
Het probleem midden op de werkplek uitpraten heeft geen zin. Neem de strijdende partijen apart en spreek achter gesloten deuren.
Het probleem midden op de werkplek uitpraten heeft geen zin. Neem de strijdende partijen apart en spreek achter gesloten deuren.
5 – Zet de partijen bij elkaar
Maak aan het begin van het gesprek duidelijk dat dit alleen bedoeld is om een oplossing te vinden voor het conflict. Breng beide partijen in gelegenheid het verhaal vanuit hun visie toe te lichten, zonder daarbij te worden gestoord.
Maak aan het begin van het gesprek duidelijk dat dit alleen bedoeld is om een oplossing te vinden voor het conflict. Breng beide partijen in gelegenheid het verhaal vanuit hun visie toe te lichten, zonder daarbij te worden gestoord.
6 – Wees assertief bij de opstart
Maak duidelijk dat je voor geen beide kanten kiest.Draai niet om de pot heen. Wees echter niet agressief. Luister, blijf neutraal en stel je bemiddeld op. Hamer op het feit dat het conflict alleen maar opgelost kan worden door te communiceren en te zoeken naar oplossingen.
Maak duidelijk dat je voor geen beide kanten kiest.Draai niet om de pot heen. Wees echter niet agressief. Luister, blijf neutraal en stel je bemiddeld op. Hamer op het feit dat het conflict alleen maar opgelost kan worden door te communiceren en te zoeken naar oplossingen.
7 – Verzamel de feiten
Stel vragen. Benoem de belangrijkste problemen en vertel hoe ze van invloed zijn op de individuele prestaties, hoe ze de service verstoren en hoe ze de relaties met klanten beschadigen. Leg de nadruk op werkgerelateerde zaken, laat ierder zijn persoonlijkheid, waarden en normen binnenbrengen.
Stel vragen. Benoem de belangrijkste problemen en vertel hoe ze van invloed zijn op de individuele prestaties, hoe ze de service verstoren en hoe ze de relaties met klanten beschadigen. Leg de nadruk op werkgerelateerde zaken, laat ierder zijn persoonlijkheid, waarden en normen binnenbrengen.
8 – Zoek bevestiging voor het ontstaan van hun probleem
Zorg ervoor dat iedereen zijn visie en zijn gevolgen van het probleem gegeven heeft, voordat je op zoek gaat naar opties in uitkomsten.
Zorg ervoor dat iedereen zijn visie en zijn gevolgen van het probleem gegeven heeft, voordat je op zoek gaat naar opties in uitkomsten.
9 – Bespreek mogelijke oplossingen
Vraag wat de criteria zijn van elk partij om tot een akkord te komen. Richt je dus op oplossingen waar beide kanten tevreden mee zijn. Vraag ze daarom allebei mogelijke oplossingen aan te bieden en hoe ze zich persoonlijk zullen inzetten voor die oplossing.
Vraag wat de criteria zijn van elk partij om tot een akkord te komen. Richt je dus op oplossingen waar beide kanten tevreden mee zijn. Vraag ze daarom allebei mogelijke oplossingen aan te bieden en hoe ze zich persoonlijk zullen inzetten voor die oplossing.
10 – Word het eens over de oplossing
Nadat de mogelijke oplossingen zijn besproken is het tijd om te beslissen welke oplossing het beste is voor iedereen. Zet deze op papier en zorg ervoor dat beide partijen het met de oplossing eens zijn. Spreek momenten af waarop jullie tussentijds zullen evalueren.
Nadat de mogelijke oplossingen zijn besproken is het tijd om te beslissen welke oplossing het beste is voor iedereen. Zet deze op papier en zorg ervoor dat beide partijen het met de oplossing eens zijn. Spreek momenten af waarop jullie tussentijds zullen evalueren.
(herwerkt op basis van tekst van Monsterboard)
Brainspotting
Ben je op zoek naar meer informatie over bainspotting
geef ik je graag meer links :
geef ik je graag meer links :
- Hoe werkt brainspotting: (https://www.youtube.com/watch?v=7FO_udVWkqA - Engelstalige video - 10 min)
- Wat is een Brainspot? (https://vimeo.com/186019577 - Engelstalige video)
- Voor wie is Brainspotting ? (https://vimeo.com/187492731 - Engelstalige video)
- Als cliënt, waarom voor Brainspotting kiezen? (https://vimeo.com/187493121 - Engelstalige video)
- Wat is Brainspotting? (https://www.youtube.com/watch?v=lm3Plvaf3UE - Engelstalige video)
- www.brainspotting.com of www.brainspotting.nl of www.antepassio.be/brainspotting-2
- Wat is een Brainspot? (https://vimeo.com/186019577 - Engelstalige video)
- Voor wie is Brainspotting ? (https://vimeo.com/187492731 - Engelstalige video)
- Als cliënt, waarom voor Brainspotting kiezen? (https://vimeo.com/187493121 - Engelstalige video)
- Wat is Brainspotting? (https://www.youtube.com/watch?v=lm3Plvaf3UE - Engelstalige video)
- www.brainspotting.com of www.brainspotting.nl of www.antepassio.be/brainspotting-2
Link met mijn 'vind-een-therapeut.be' : https://www.vindeentherapeut.be/therapeut/lucas-de-vocht-de-pinte.html
5 misverstanden over burn-out die dringend de wereld uit moeten
Misverstand 1. Burn-out treft emotioneel onstabiele mensen
Misverstand 1. Burn-out treft emotioneel onstabiele mensen
"Mensen die een burn-out krijgen zijn absoluut geen watjes. Het zijn perfectionisten. Ze werken harder, omdat ze alles in orde willen hebben en omdat ze meer werk zien. Ze willen ook goed in het team liggen, waardoor ze vaker extra taken op zich nemen. Niet omdat ze assertiviteit missen, maar omdat ze daar voldoening uit halen. Ze zijn gedreven, gepassioneerd en collegiaal. Dat zijn absoluut geen kenmerken van een emotioneel onstabiele persoonlijkheid."
Misverstand 2.Werkgevers kunnen een burn-out niet voorkomen
"De werkgever speelt wel degelijk een belangrijke rol. Het is zijn taak om een gezonde werkomgeving te creëren. Hij moet zorgen dat werkkrachten zich nuttig voelen en fier zijn op hun job. Dat ze weten wat er van hen wordt verwacht. Hij moet op een open manier communiceren, zodat iedereen weet waarom de ene wel opslag krijgt en de ander niet. Hij moet zijn werknemers ook enige vrijheid gunnen, om bijvoorbeeld eigen werkuren te bepalen. En hij moet zorgen voor een collegiale sfeer, waarbij medewerkers vrienden zijn in plaats van rivalen. Wordt er aan een van die vijf zaken niet voldaan, dan is de kans op problemen heel groot."
Misverstand 3. Burn-out is een individuele aandoening
"Burn-out is besmettelijk. We hebben allemaal spiegelneuronen, hersencellen die het gedrag van anderen spiegelen. Dus als je thuis een partner hebt met een burn-out, is het risico heel groot dat je de ziekte gaat overnemen. Dat zie je ook in bedrijven. Als er één burn-out is, volgen er nog."
Misverstand 4. Mensen met een burn-out zijn depressief
"Een depressie is een stemmingsziekte. Dan heb je nergens nog zin in. Een burn-out is een energieziekte. Dan wil je dingen doen, maar je hebt er de fut niet voor. Dat is een groot verschil. Een depressie kan verholpen worden met medicatie, bij een burn-out helpen pillen niet. Je kan er alleen met veel geduld en goede begeleiding van herstellen."
Misverstand 5. Een burn-out is volledig werkgerelateerd
"Niet alleen onze stressvolle jobs zorgen ervoor dat zo veel mensen een burn-out krijgen. Onze leefomstandigheden zijn mee verantwoordelijk. Er heerst veel onzekerheid, dingen veranderen continu en we krijgen heel veel prikkels binnen. Een van de grootste bronnen van storende prikkels is blauw licht, afkomstig van tv's, computers en gsm's. Probeer die twee uur voor je gaat slapen uit te schakelen. Zoek rust op door vaak genoeg naar buiten te trekken of een museum te bezoeken. En beweeg voldoende. Onderzoek heeft uitgewezen dat mensen die 10.000 stappen per dag zetten beter in hun vel zitten en hun werk efficiënter kunnen uitvoeren. Kleine aanpassingen die een groot verschil maken."
Brainfitness om de burn-out te ontlopen Training brain, soepel brain conditie
Een op de vier werkende Belgen heeft een burn-out of flirt ermee. Maar er is ook goed nieuws: u kunt uw hersenen trainen. Wij deden een week aan brainfitness met neuropsychologe Elke Geraerts.
Advertentie
7.23 uur. De wekker gaat. Ik haal uit naar de snoozeknop, maar mis. Ik ben moe. Alweer te laat gaan slapen. Ik hijs mezelf uit bed, richting koffieautomaat. Onderweg gris ik in de keuken mijn gsm mee. Ik bekijk het schermpje: twee Whatsapp-berichten, drie Facebook-boodschappen, negen mails.
Eén mail komt van de leasingmaatschappij: een boete voor foutparkeren. Iemand die ik een tijd geleden heb geïnterviewd, wil weten waar mijn tekst blijft. Een derde afzender stuurt correcties bij een artikel dat volgende week verschijnt. Het document in bijlage ziet bloedrood van de ‘suggesties’. Zucht.
Ik scroll door ‘morning alerts’ en krantenkoppen. Tot mijn oog op een mail van neuropsychologe Elke Geraerts (34) valt. Sinds het verschijnen van haar boek, ‘Mentaal kapitaal’, een goed jaar geleden, hebben we al een keer of vier een afspraak proberen te maken. Telkens moest ik annuleren omdat er iets anders, dringenders, tussenkwam.
‘Zullen we nog eens een poging wagen?’, vraagt Geraerts. Haar boek ligt al weken ongeopend op mijn bureau. Ik blader er snel door. Op pagina 19 lees ik: ‘Stel je voor dat je je brein kunt trainen zoals je je spieren traint in de fitness. Wel dat kan.’ Ik mail terug: ‘Waar? Wanneer? Ik kan wel wat coaching gebruiken.’
Oefening 1: Check nooit je mails voor het ontbijt.
We hebben afgesproken in een koffiebar in Antwerpen. Elke Geraerts is niet de eerste de beste. Ze werkte aan diverse universiteiten, is verbonden aan het Wereld Economisch Forum in Davos en richtte begin 2014 mee Better Minds at Work op, een bedrijf rond burn-outpreventie. Sinds kort zit ze op verzoek van minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) als experte in de commissie voor de hervorming van de beroepsziekten van de 21ste eeuw.
‘Jouw brein vertoont tekenen van verwaarlozing’, zegt de neuropsychologe als ik haar over mijn ochtend vertel.
‘Tot in de jaren vijftig was ons brein een privéverdieping van filosofen. Maar de voorbije decennia zijn hersenwetenschappers tot veel nieuwe inzichten gekomen’, vertelt Geraerts. ‘Met scans kunnen we nu behoorlijk gedetailleerde foto’s maken van onze hersenen. Dankzij recent psychologisch onderzoek weten we steeds meer over wat mensen veerkrachtig maakt.’
En toch loopt het bij steeds meer mensen fout in de bovenkamer. ‘Er is iets mis. We voelen het allemaal’, zegt Geraerts. ‘De opgedane kennis in labo’s raakt niet snel genoeg bij de mensen op de werkvloer.’
‘Jouw brein vertoont tekenen van verwaarlozing’, zegt Geraerts als ik haar vertel hoe mijn ochtend is verlopen. ‘Verwaarlozing en overprikkeling komen op hetzelfde neer: je gunt je hersenen te weinig rust. Nog voor je koffie hebt gedronken, zet je het konijnenhok open. Door je mailbox te checken zodra je wakker bent, laat je toe dat er van ’s ochtends vroeg konijnen tussen je voeten door springen die je aandacht afleiden. Geen wonder dat je doodmoe bent nog voor de dag begint.’
Geraerts bedient zich van de beeldspraak van de Texaanse oliemagnaat Thomas Boone Pickens: ‘When you are hunting elephants, don’t get distracted chasing rabbits.’
De journalistiek is een risicoberoep, zegt de burn-outexperte, maar dat geldt tegenwoordig voor veel beroepen. ‘Onze aandacht wordt constant gekaapt door de waan van de dag. Ons brein is als een ongeleid projectiel.’
We spreken af dat ik de komende week mijn mailbox pas openmaak zodra ik thuis of op de redactie aan mijn bureau zit. Dus ná mijn ontbijt en nádat ik mijn kinderen naar school heb gebracht. Het blijkt een bijzonder moeilijke opdracht. Op dag één faal ik, en ook op dag twee kijk ik stiekem toch. Op dag drie laat ik mijn telefoon doelbewust in mijn auto liggen. Dan pas lukt het.
Hoe doe je dat, aan niets denken? Thuis vind ik al snel een oplossing: even de tuin in lopen en naar de wolken kijken.
‘Zelfcontrole is aan te leren’, zegt Geraerts. ‘Onze hersenen zijn veel plastischer dan we denken. Ken je de legendarische marshmallowexperimenten uit de jaren zeventig? De Amerikaan Walter Mischel liet kleuters een kwartier alleen met een marshmallow. Als ze er niet van aten, kregen ze een tweede marshmallow. Een derde van de 600 geteste kinderen slaagde erin het volle kwartier van de snoep te blijven. Twintig jaar later zochten de onderzoekers de kinderen opnieuw op. Diegenen die een tweede marshmallow hadden verdiend, hadden het aanzienlijk verder geschopt, waren gezonder, kampten minder vaak met verslavingen, waren succesvoller en verdienden meer.’
Oefening 2: Stop met multitasken.
Als een kleuter die van een marshmallow moet afblijven. Zo voel ik me die eerste dagen. Als ik na een dag of vijf gewend raak aan het nieuwe regime, scherpt Geraerts de regels nog wat aan. ‘Zodra je aan je bureau zit, schrijf je eerst de belangrijkste taken van de dag en de week op. Dat zijn de olifanten waarop je wil jagen. Al de rest zijn konijnen. Die willen je bureau inpalmen, tenzij je ze in hun hok houdt.’
Ze raadt me aan ’s ochtends meteen een olifant onder handen te nemen. ‘Je brein komt ’s nachts tot rust, dus heb je ’s ochtends de meeste mentale energie. Avondmens of niet, plan je belangrijkste taken als je nog fris bent. Routinetaken, zoals je mailbox opkuisen of je administratie up-to-date houden, doe je na de middag, als je energiepeil sowieso lager staat.’
Het voelt not done om met halfnatte haren aan mijn bureau te zitten, zelfs al werk ik razend efficiënt.
Ik laat de kranten en tijdschriften, die ik normaal ’s ochtends doorblader, voor wat ze zijn en begin een interview uit te tikken. Het vlot niet echt. Op aanraden van Geraerts zet ik de automatische alerts van mijn mailbox af. Die voortdurende pings zijn dodelijk voor mijn concentratie. ‘Je maakt je brein verslaafd aan informatieshots. Telkens als je een ping hoort, krijgt je brein een opstoot. Het probleem met het gelukshormoon is dat je steeds meer nodig hebt om hetzelfde effect te bekomen. Na verloop van tijd ben je meer bezig met als een junk op zoek te gaan naar nieuwe informatie om je brein te doperen dan met werken.’
Onderzoek leert dat het 25 minuten duurt om opnieuw in diepe concentratie te geraken, nadat je bent gestoord. ‘Blijkbaar zijn wij het met z’n allen ook normaal beginnen te vinden dat we nooit meer ten volle geconcentreerd werken. Dat kan toch niet? De efficiëntiewinst die we kunnen halen als we onszelf en onze collega’s ongestoord laten werken, is enorm.’
Geraerts begeleidde al verschillende grote bedrijven, waaronder de autobouwer Volvo en het bouwbedrijf Heijmans. ‘Een van de managers die ik coachte, heeft nu voor haar hele afdeling ‘olifantentijd’ ingepland. Elke dag tussen negen en elf werken collega’s ongestoord aan hun projecten, dan worden zelfs geen vergaderingen belegd.’
‘Als je de konijnen meteen uit hun hok laat, is het niet moeilijk dat je moe aan de dag begint.’
Ons brein is niet gemaakt om te multitasken, zegt Geraerts. ‘Dat is intussen herhaaldelijk bewezen. Alle laboratoriumexperimenten wijzen in dezelfde richting. Laat ons er dus zo veel mogelijk mee stoppen. Multitaskers zijn tot 40 procent minder efficiënt. Hoe vaker je kan singletasken, hoe beter.’
Geraerts verwijst naar een onderzoek waarbij jongeren met een iPad voor de televisie werden gezet. ‘De gebieden in de hersenen die belangrijk zijn voor zelfcontrole en empathie, bleken minder actief dan bij jongeren die enkel tv-keken. Het is te vroeg om te besluiten dat we van al dat multitasken onempathische egoïsten worden. Maar het is in elk geval inefficiënt.’
Oefening 3: Laat je gedachten geregeld afdwalen.
De derde oefening is een makkie: mezelf tijd gunnen om te freewheelen, mijn gedachten te laten afdwalen. Mijn coach kan trots zijn, want dat kan ik als de beste.
Geraerts: ‘Twee psychologen van Harvard ontdekten dat we liefst 47 procent van de tijd niet bezig zijn met datgene waarmee we denken bezig te zijn. Zelfs als we ons echt op iets toeleggen, is onze geest er 30 procent van de tijd niet bij. Wees je daarvan bewust en laat het gebeuren. Door je aandacht even te laten afdwalen, gun je je hersenen de tijd informatie te verwerken en op te slaan. Je structureert onbewust dingen in je hoofd.’
Terwijl ik dit artikel schrijf, dwing ik mezelf na een halfuur goed doorwerken een pauze van enkele minuten in te lassen. Ik betrap me erop dat ik de pauze gebruik om even mijn Facebook-account te checken of snel wat rond te surfen. Maar dat, wijst Geraerts me streng terecht, is niet de bedoeling. ‘Ga de tijd die je hersenen nodig hebben niet meteen weer opvullen. Mindwandering betekent met niets bezig zijn. Níéts.’
Het blijkt moeilijker dan gedacht. Hoe doe je dat, aan niets denken? Thuis vind ik al snel een oplossing: even de tuin in lopen en naar de wolken kijken. Maar op de redactie voelt het heel ongemakkelijk om te zitten niksen, zelfs al is het een opdracht voor een artikel.
‘Probeer niet te sturen’, zegt Geraerts. ‘Wees je ervan bewust dat je gedachten alle kanten op schieten en registreer welke gedachten in je opkomen. Stel jezelf geregeld de vraag: wat denk ik nu? En vertrouw erop dat het geen tijdverspilling is, dat je geest verbanden aan het leggen is. Als onze gedachten 47 procent van de tijd afdwalen, is het omdat ons brein die tijd nodig heeft.’
Een beetje verveling is nuttig, merk ik wel. Tussen de pauzes door schiet ik goed op met mijn werk. Volgens onderzoekers van de universiteit van Californië kan je medewerkers die net een moeilijk probleem voorgeschoteld kregen, best een kwartier iets heel saais laten doen. Vaak komt de oplossing als vanzelf.
Terwijl ik mindwander, valt het me op dat leidinggevenden rond mij van de ene vergadering naar de andere hollen. Die zijn, weet ik nu, niet goed bezig. De stem van mijn coach glipt mijn freewheelende brein binnen. ‘We plannen onze agenda’s veel te vol. Elk uur zit volgeboekt. Eigenlijk zou je na elke vergadering tijd moeten nemen om wat dingen op te schrijven en tot jezelf te komen. Als je jezelf die tijd niet gunt, gaat een groot deel van wat je hebt geleerd, verloren.’
Oefening 4: Zoek je pleziertjes op het werk.
Minister van Volksgezondheid Maggie De Block wil burnout erkennen als een ‘werkgerelateerde ziekte’. Sinds september 2014 al is elk bedrijf verplicht aan burn-outpreventie te doen. De Block ziet dus in dat burn-out een chronische ziekte is waar de werkgever mee verantwoordelijk voor is, zij het slechts gedeeltelijk.
Geraerts is het met die benadering eens. ‘Stop met zeuren. Wacht niet tot je werkgever zijn verantwoordelijkheid neemt en de zaken aanpakt. Begin er zelf mee. Werknemers moeten ook voor zichzelf en voor elkaar zorgen. We maken elkaar gek, gijzelen elkaar. Op veel werkvloeren is het de gewoonte een broodje aan je bureau te eten. We weten allemaal dat dat heel ongezond is.’
Haar voorlaatste oefening wordt de leukste: nagaan waarmee ik mezelf een plezier kan doen op het werk.
Tijdens de lunch grijp ik een collega bij de kraag: ‘Zullen we een terrasje doen?’ Op heel drukke dagen eet ik mijn slaatje niet langer voor mijn scherm, maar buiten in de zon. Soms zonder ik me af in een vergaderzaal, maar niet zonder een praatje te slaan met de receptioniste. Af en toe krijg ik van haar een lekkere koffie en hoef ik de drek van op de redactievloer niet te drinken. Ook dat is werkplezier.
Ik begin creatief te worden in het vinden van pleziertjes. Tussen twee interviews door stop ik even aan een park en schop mijn schoenen uit. Tijdens een lange lunchpauze ga ik een toertje lopen of ga ik naar de kapper. Hopelijk maken de collega’s er straks geen opmerkingen over.
Dat is nog het lastigste, merk ik. Niet zozeer jezelf met kleine ingrepen een leukere werkdag bezorgen, maar me er niet over schamen. Het voelt not done om met halfnatte haren aan mijn bureau te zitten, zelfs al werk ik razend efficiënt.
Oefening 5 Stop met te zeggen dat je het druk hebt.
‘Hoe gaat het? Druk zeker?’ Als laatste opdracht vraagt Geraerts me een week lang te tellen hoe vaak mensen me die vraag stellen en hoe vaak ik ze aan anderen stel. Ik kom aan 14, gemiddeld twee per dag.
Geraerts: ‘Druk-druk-druk. Als je maatschappelijk wil meetellen, moet je het druk hebben. Wie geen stress ervaart, is niet geslaagd in het leven, lijkt het. Zonder het goed te beseffen creëren we een situatie waarbij iedereen het perfect normaal vindt dat iedereen constant gestrest rondloopt. En waarom eigenlijk?’
Ja, waarom eigenlijk? De week is om. In plaats van te hervallen in oude gewoonten, besluit ik de tips van mijn coach nog wat langer vol te houden. Het artikel is af, keurig binnen de deadline en zonder al te veel stress. Maar er staan alweer nieuwe konijnen te dringen aan mijn bureau.
21 mei 2016 09:05
© De Tijd
Terug aan het werk na een lange afwezigheid om medische redenen (PDF, 464 KB)
Hoe maak je werk van een re-integratiebeleid als werkgever: https://www.youtube.com/watch?v=39u3C-zHrh0&feature=youtu.be
Nieuwste nieuwsfeiten hier te vinden